Qumran De Essenen
Links
Qumran
Dode Zee rollen
|
DE ESSENEN Meer dan
900 rollen werden gevonden in 30 grotten. De grootste
hoeveelheid manuscripten werd in 1952 ontdekt door een
Bedoeïen in grot IV, op minder dan 100 m afstand van de
ruïnes van Qumran, De rollen waren geschreven op papyrus
en perkament, en nog twee op koper. Volgens Josephus en
Plinius zijn de schrijvers van de Dode Zee rollen Essenen.
In overeenstemming met Josephus en Plinius heeft men de
schrijvers van de Dode Zee rollen als Essenen geïdentificeerd.
De Essenen waren leden van een religieuze sekte, die zich
teruggetrokken hadden in de hete woestijn aan de oever
van de Dode Zee, mensen die het wereldse leven
verafschuwden, het gemakkelijke leven in Jeruzalem
verwisselden voor de barre woestijn. Daar leidden ze een
leven van gebed, bijbelstudie, meditatie, armoede en
naastenliefde. De leden moesten al hun persoonlijke
eigendommen afstaan aan de orde, om zo een streng
gemeenschappelijk leven te kunnen leiden. Josephus
schreef dat zij "communisten waren tot in het
uiterste". De Essenen vestigden zich omstreeks
100 jaar vóór Christus in Qumran. In het jaar 31 voor
Chr. verlieten zij hun gemeenschap, die door een
aardbeving verwoest was. Dertig jaar later, ten tijde van
Christus' geboorte in Bethlehem, vestigden zij zich er
opnieuw en herstelden hun dorpje. In het jaar 68 na Chr.
werden de Essenen vermoord door de soldaten van Titus,
die op weg waren om de joodse opstand in Jeruzalem te
onderdrukken. Toen de Essenen de Romeinse legioenen zagen
naderen, verstopten zij haastig hun meest waardevolle
bezittingen, hun geschriften, in de grotten rondom hun
dorp en in de ontoegankelijke grotten hoog in de steile
rotswanden achter hun woonplaats. De woestijn bewaarde
hun geheim bijna 2000 jaar lang, tot hun ontdekking in
1947.
'Voor de uitverkorene der
gerechtigheid hebt gij mij tot een banier gemaakt en tot
een ziener die de mysteriën verklaart.' DODE-ZEEROLLEN
De Romeinse geleerde Plinius de
Oude (23-79 n.C.) noemt de Essenen 'een eenzelvig soort
mensen (...) de vreemdste in de hele wereld'. Opmerkelijk
was alleen al dat het monniken waren die in een klooster
leefden, een fenomeen dat het jodendom tot dan niet kende
en dat buiten Voor-Indië hoogst zelden voorkwam. De
Essenen, veel radicaler dan de Farizeeën, vormden de
vroomste, strengste en geheimzinnigste sekte van het oude
jodendom. Het Nieuwe Testament noemt hen niet, maar er
zijn treffende overeenkomsten tussen de gebruiken en het
geloof van de Essenen en die van de eerste christenen. De
naam Essenen betekent 'vrome mensen' en misschien
ook 'genezers'. Na de Joodse bevrijdingsoorlog van 167-165
v.C. zijn de Essenen een sekte geworden omdat zij het
oneens waren met bepaalde godsdienstige en politieke
opvattingen van de Farizeeën. Onder leiding van een
zogeheten leraar in de gerechtigheid - van wie men de
identiteit niet heeft kunnen achterhalen - vormden zij
daarop een aantal kloostergemeenschappen, zoals in Qumran
in de woestenij ten westen van de Dode Zee. Ten tijde van
Christus leefden er naar schatting 4000 Essenen verspreid
over heel Palestina in hun even ascetische als nijvere
gemeenschappen.
Al trouwden sommige Essenen, om ter
wille van hun voortbestaan kinderen te krijgen, hun sekte
was toch vooral een broederschap van celibataire mannen.
Zij wilden zo zuiver mogelijk worden omdat zij geloofden
dat het koninkrijk Gods nabij was. Daarbij wilden ze
zichzelf niet ontzien. In hun kloosters begon de dag bij
zonsopgang; de monniken praatten pas na hun
ochtendgebeden. Overdag wijdden ze zich aan de hun
toevertrouwde taak op de korenakkers, in de
pottenbakkerswerkplaats of in de schrijfzaal, waar ze
heilige teksten overschreven. Van het grootste belang was
de vlijtige bestudering van boeken, vooral van de Schrift,
want hun leven stond in het teken van de uitleg van de
wet van Mozes. Zoals veel eerste christenen hielden de
Essenen van een profetische interpretatie, vooral wanneer
deze sloeg op het heden of de naaste toekomst. Van hun
opvatting dat God alles had voorbestemd, getuigt een van
de Dode-Zeerollen: 'Voorzeker, alles zal in de door God
bepaalde tijd zijn gerechte loop hebben zoals Hij dit in
zijn onmetelijke wijsheid heeft vastgesteld.'
De Essenen waren experts op het
gebied van de geneeskrachtige werking van kruiden en
bepaalde steensoorten, een kennis die aan oude
geschriften zou zijn ontleend. Zij kleedden zich in het
wit omdat ze zichzelf als de ware priesters van Israël
beschouwden, als de 'laatste getrouwen van het geloof'
waarover de profeten herhaaldelijk spreken; zij zouden
getuigen zijn van de dageraad van de nieuwe tijd. In dit
kosmische verband voelden ze zich de Zonen van het Licht
die de door Satan aangevoerde Zonen van de Duisternis
bestreden.
Het kloosterleven was allersoberst,
met gemeenschappelijk bezit, rituele koude baden en
schamele middag- en avondmaaltijden. De gemeenschap
werd volgens strenge regels geleid door een raad van drie
priesters (symbool van de drie priesterlijke geslachten)
en twaalf leken (symbool van de twaalf stammen). Vooral
de sabbat werd strikt in acht genomen; de Essenen rustten
dan uit van zes dagen zwoegen, aten slechts wat daags
tevoren was klaargemaakt en probeerden de dag des Heren
ook niet met hun ontlasting te bezoedelen. Het breken van
het brood gold als een heilige daad; dit doet denken aan
de gezamenlijke maaltijden van de eerste christenen.
Wie tot de gemeenschap wilde
toetreden moest een proeftijd met drie fasen doormaken.
Daarna zwoeren de nieuwe leden eerbied jegens God,
oprechtheid jegens hun medebroeders en geheimhouding van
de leer van de Essenen, bijvoorbeeld van de alleen voor
ingewijden bestemde indeling van de engelen. De
nieuwelingen werden ondergedompeld in stromend water, een
ritueel dat doet denken aan Johannes de Doper. Deze heeft
misschien enige tijd in een Essenenklooster doorgebracht.
Ook hij heeft in ieder geval een ascetisch leven geleid,
is blijkbaar nooit getrouwd geweest, en heeft
rouwmoedigheid gepredikt ter voorbereiding op het
koninkrijk Gods. De broederschap is omstreeks het jaar 70
verdwenen, nadat de Romeinen de Joodse opstand hadden
neergeslagen waaraan ook de Essenen deelnamen. Vele
honderden documenten van deze sekte zijn bijna
2000 jaar bewaard gebleven in Qumran, een complex in de
woestijn dat door archeologen is onderzocht.
|